<< all titles

Koop het boek

TIPCODES MUZIEK OP PAPIER

Tipcode:

MOP-001

Hier hoor je de eerste regel van Kortjakje. Per lettergreep zie je welke toets er gespeeld wordt.

MOP-002

De tonen van de ene Do naar de volgende Do, en het toonhoogteverschil tussen die twee Do's: een octaaf.

MOP-003

De C is de toon voor een groepje van twee zwarte toetsen. De F zit altijd vlak voor een groepje van drie zwarte toetsen. Van de ene C naar de volgende hoor je een octaaf.

MOP-004

Als je van de ene toets naar de volgende gaat, zonder er eentje over te slaan, hoor je steeds een toonsafstand van een halve toon.

MOP-005

Nogmaals Kortjakje, nu met een noot voor elke lettergreep die je zingt.

MOP-006

De toetsen bij de noten die met hulplijntjes in de F-sleutel én de G-sleutel staan, worden in deze Tipcode in grijs weergegeven.

MOP-007

Salsa op piano: twee notenbalken tegelijk, gepunteerde noten en boogjes (bladzijde 31-32), syncopen (bladzijde 158)...

MOP-008

In deze Tipcode hoor je bovenstaande akkoorden eerst als akkoord gespeeld, daarna gebroken (noot voor noot), en dan weer als akkoord.

MOP-009

Je hoort vier tellen van de metronoom vooraf, vier kwartnoten, vier achtste noten en een halve noot.

MOP-010

Vier tellen van de metronoom vooraf, en dan een hele noot, halve noten, kwarten, achtsten en zestienden.

MOP-011

De eerste twee gepunteerde noten duren samen drie tellen. De gepunteerde halve noot duurt ook drie tellen.

MOP-012

Verbindingsboogjes in actie. De laatste noot van de tweede maat klinkt door in de derde, en aan het eind van de derde maat gebeurt hetzelfde. Met punten kan dat niet.

MOP-013

Triolen moeilijk? Niet als je 'Lang zullen ze leven' kunt zingen! Hier hoor je triolen op een snaredrum.

MOP-014

De kwartentriool is een polyritmische figuur. Je hoort hier steeds drie slagen op de snaredrum (de kwartentriool) tegen twee tikken van de metronoom.

MOP-015

Sextolen op een snaredrum. Ook hier hoor je eerst vier tellen van de metronoom vooraf.

MOP-016

Kwintolen en septolen. Oefentip om het gevoel te pakken te krijgen: sla met je handen om en om op je benen en tel reeksen van vijf: 1 2 3 4 5 1 2 3 4 5 (etc.) Geef elke eerste klap van een reeks met je voet aan. Je speelt dan kwintolen. Voor de septolen speel je reeksen van zeven.

MOP-017

Kortjakje in F. Er gaat iets mis bij de eerste vier noten van de tweede regel: die B's klinken te hoog.

MOP-018

Hetzelfde melodietje als in Tipcode MOP-017, maar nu zijn de B's verlaagd: de melodie klopt weer.

MOP-019

Het eerste kruis aan de sleutel maakt van elke F een Fis, in elk octaaf en in het hele stuk. Het tweede kruis maakt van elke C een Cis.

MOP-020

Een herstellingsteken werkt als een toevallig voorteken. Hier maakt het de mol aan de sleutel voor die ene noot ongeldig: de Bes wordt een B.

MOP-021

De Gis en de As klinken even hoog. Toch zijn het niet dezelfde noten – en dat laat dit melodietje goed horen.

MOP-022

Kortjakje in D. Eerst zonder kruisen voor de F, daarna met.

MOP-023

Hier hoor je hoe je van piano naar forte gaat. Om zo'n crescendo goed over de aangegeven tellen te verdelen, moet je vooruit kunnen lezen.

MOP-024

Metronoom op 240 (prestissimo), 200 (presto), 168 (presto/allegro), 120 (allegro/moderato), 108 (moderato/andante), 76 (andante/ adagio), 60 en 40 (largo). Tip: bij 60 hoor je één tik per seconde; bij 240 zijn het er vier per seconde.

MOP-025

Noten zonder en met accent.

MOP-026

Een staccato gespeelde noot klinkt korter, maar duurt even lang.

MOP-027

... de ene toets pas loslaten als je de volgende indrukt...

MOP-028

Een frase met legatoboogjes en een accent.

MOP-029

Pizzicato: de snaren van deze cello worden getokkeld in plaats van gestreken.

MOP-030

Deze Tipcode laat je de meeste versieringen uit dit hoofdstuk horen: de triller, de mordent, de pralltriller, de voorslag, de dubbelslag boven en tussen twee noten, een glissando en een fall op elektrische gitaar. Elke versiering wordt een paar keer herhaald.

MOP-031

A-mineur is de mineurladder die je op alleen maar witte toetsen speelt, van de ene A naar de volgende.

MOP-032

Als je het geluid van een majeurladder een beetje in je hoofd hebt zitten, dan hoor je dat er iets fout lijkt te gaan als je op de witte toetsen van F naar F speelt. Een mol voor de B maakt er weer een majeurladder van.

MOP-033

A-mineur op piano.

MOP-034

Het verschil tussen majeur en mineur is in deze Tipcode goed te horen.

MOP-035

Zo klinken de intervallen die je hierboven ziet.

MOP-036

De reine intervallen: de tonen worden eerst na elkaar gespeeld, en daarna tegelijk.

MOP-037

De grote intervallen, op dezelfde manier gespeeld.

MOP-038

De intervallen in een majeurladder: rein (perfect, in het Engels) en groot (major) als je omhoog speelt; rein (perfect) en klein (minor) als je omlaag speelt, van de ene C naar de C een octaaf lager.

MOP-039

De tritonus gold in de middeleeuwen als een duivels interval en werd daarom verboden. Nu hoor je hem vaak op spannende momenten in films, en metalgitaristen gebruiken hem in dreigende riffs.

MOP-040

De dissonante intervallen met Engelse ondertiteling.
• Minor: klein
• Major: groot
• Augmented (augm): overmatig
• Diminished (dim): verminderd

MOP-041

De consonante intervallen met Engelse ondertiteling.
• Perfect: rein
• Minor: klein
• Major: groot

MOP-042

Eenvoudige oplossing van de spanning: van een dissonante C-Fis naar een reine C-G.

MOP-043

In deze Tipcode hoor je het bekende melodietje van de vorige pagina. Ook mensen die het niet kennen zullen bijna automatisch de laatste toon kunnen zingen. De leidtoon speelt daar een belangrijke rol in.

MOP-044

Het verschil tussen een melodie zonder en met leidtoon. Het kruis voor de C heeft een duidelijk hoorbaar effect.

MOP-045

Melodie in melodisch mineur. Zoals je ook hierboven al ziet, wordt de Bes met een herstellingsteken naar een B verhoogd. De C krijgt een kruis en wordt dus een Cis.

MOP-046

Dezelfde tonenreeks, een andere grondtoon.

MOP-047

De niet-diatonische toonladders (scales) uit dit hoofdstuk op een rij: chromatisch, heletoons (hexatonic), octatonisch, pentatonisch, een een bluesladder en een zigeunerladder (gypsy scale).

MOP-048

Hier hoor je welke saxofoons spelen als er een hoge C (c-'') op papier staat. Een sopraan klinkt een hele toon lager, de alt een sext. De tenor zit een octaaf onder de sopraan; de bariton een octaaf onder de alt.

MOP-049

Zes tellen in een maat, hier duidelijk steeds verdeeld in twee groepjes van drie.

MOP-050

Een vijfkwartsmaat op drums. Je hoort duidelijk dat er in 3+2 gespeeld wordt, net zoals in het nummer Take Five.

MOP-051

Hetzelfde melodietje twee keer gespeeld: de eerste keer met 'rechte achtsten', precies zoals het op papier staat; de tweede keer als swing, met een triolen- of tripletfeel.

MOP-052

Een 3-2 en een 2-3 clave, gespeeld op claves. Je hoort steeds twee maten vooraf.

MOP-053

Hier hoor je eerst de drie akkoorden uit de linkerrij, gevolgd door de drie uit de rechterrij. Die tweede reeks klinkt logischer en speelt makkelijker – en het enige verschil is de omkering van het tweede akkoord, de G7.

MOP-054

Zo klinkt de tablatuurnotatie van de vorige pagina, gespeeld op een elektrische gitaar. Eerst langzaam, dan op tempo.

MOP-055

Zo klinkt het rockritme hierboven. De met een kruisje aangeven achtste noten worden de eerste vier maten op de gesloten hihat gespeeld. In de volgende vier maten gebruikt de drummer zijn ridebekken (zie bladzijde 194).

MOP-056

In deze Tipcode hoor je eerst een toon van 440 Hz, gevolgd door een toon van 442 Hz. Dat verschil is nauwelijks te horen – tot je beide toonhoogtes tegelijk afspeelt. De zweving die je dan hoort is gelijk aan het verschil tussen de twee frequenties: 2 Hz. Dat hoor je als twee zwevingen per seconde.

MOP-057

Een mesa di voce, gezongen door een klassieke sopraan.

MOP-058

Zo klinkt Kortjakje met heel eenvoudige akkoorden. In de tweede maat worden gebroken akkoorden gespeeld, zoals in het notenvoorbeeld op bladzijde 172.

MOP-059

Ben je nog niet zo handig in het lezen van akkoordsymbolen, dan is het makkelijker als je een partij hebt met uitgeschreven akkoorden, zoals hierboven. Deze Tipcode laat je horen hoe het klinkt.

MOP-060

Deze Tipcode laat je de vier drieklanken uit het rijtje hierboven horen: majeur, mineur, verminderd en overmatig (vermeerderd).

MOP-061

Je hoort twee keer een G-akkoord gevolgd door een C-akkoord. De eerste keer heeft het G-akkoord de grondtoon G in de bas; de tweede keer is de terts (B) de laagste toon. Daarmee wil dat akkoord nog duidelijker naar het C-akkoord toe.

MOP-062

Vier syncopen in één maat. Wil je er meer horen, luister dan ook nog eens naar het stukje salsa in Tipcode MOP-007 of naar de claves in MOP-052 (bladzijde 165). Ook in funk en andere stijlen worden volop syncopen gebruikt.

MOP-063

De blues van de vorige pagina op gitaar gespeeld. De akkoorddiagrammen worden erbij getoond.